‘Ons levensverhaal is als een tekst die op zoek is naar z’n auteur’ (P. Ricoeur). Misschien geldt datzelfde wel voor ons spirituele levensverhaal. Wie ouder wordt, legt oude woorden en vroegere waarheden steeds meer op een zeef. Inzichten en overtuigingen die vanuit een traditie werden aangereikt, worden getoetst op hun houdbaarheid. We maken een nieuwe balans op. En onze spirituele biografie wordt herijkt bij het ouder worden.
Tegelijk verandert ook de wereld om ons heen. We leven in tijden van versnelling (Hartmut Rosa). Niet alleen technologie verandert steeds sneller, maar ook mode, taal, gewoontes en familiebanden. Het gevolg is dat we het gevoel hebben dat we op ons individuele en gezamenlijke leven nauwelijks meer grip hebben. In de woorden van Rosa: ‘We zijn ver-vreemd: wij leven niet meer zoals we willen leven, terwijl we onze levenskeuzes toch niet van buitenaf opgelegd krijgen’. De oplossing voor deze problemen vindt Rosa in het begrip ‘resonantie’: d.w.z. een nieuwe relatie tussen mens en wereld, subject en object waarin beide zijden in een wederzijdse ‘antwoordrelatie’ staan en geen van beide tot de andere wordt gereduceerd. Resonantie kan men vinden in religie, kunst en natuur, maar ook in de verhouding tot anderen of tot voorwerpen. Wat betekenen deze inzichten voor het ouder worden? Hoe leven we als ouderen in tijden van versnelling en vervreemding als tegelijk we in onze ouderdom vertragen en contemp-latiever worden? Kan het begrip ‘resonantie’ ook van betekenis zijn voor een nieuwe spiritualiteit van de ouderdom?
We leven ook in onzekere tijden. We worden omringd door en moeten onze weg vinden in een grillige wereld die overweldigende trekken kan aannemen (aardbevingen, klimaat-veranderingen,machten en krachten die op ons inwerken). Het lijkt er op alsof we onze plaats en opdracht in de ons omringend wereld opnieuw moeten onderzoeken, ook met het oog op de toekomstige leefbaarheid van onze aarde.
De spiritualiteit van de ouderdom kan veelkleurig zijn. Aan de ene kant kunnen (Bijbelse) woorden ons houvast en geborgenheid geven. Aan de andere kant vinden we onderdak en troost bij poëzie en kunst. Ook filosofie kan zin- en richting gevend zijn. Daar komt bij dat ouderen ook erflaters zijn: welke inzichten/waarden/hoop geven zij mee aan komende generaties?